In één van mijn columns voor RijschoolPro sprak ik al eens over jonge automobilisten die meer dan twee keer zo vaak betrokken zijn bij een ongeval.
Het SWOV (Stichting Wettenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid) heeft in een rapport uit 2021 al onderzocht, dat het risico om bij een dodelijk ongeval betrokken te raken, 4,5 keer hoger ligt voor jonge automobilisten dan voor meer ervaren automobilisten. En nu anno 2024 wordt er in diverse vakbladen voor de rijinstructie nog steeds over dit onderwerp gesproken.
Wat is dan de oorzaak dat dit ieder jaar weer een probleem is onder de jonge onervaren automobilisten? Uit diverse onderzoeken blijkt dat het te maken heeft met een gebrek aan hogere orde vaardigheden zoals:
• Risico-acceptatie (welke risico’s in het verkeer zijn acceptabel en welke niet?)
• Zelfreflectie (nadenken over het eigen doen en laten)
• Gevaarherkenning (het tijdig detecteren en herkennen van verkeerssituaties die potentieel gevaarlijk zijn)
• Risico-perceptie (is men zich bewust van de gevaren?)
Rijinstructeurs zijn geen opvoeders zoals ouders dat zijn. Toch is het van belang dat er in de rijopleiding aandacht besteed wordt aan zaken zoals verantwoordelijkheidsbesef (t.o.v. zichzelf, passagiers andere verkeersdeelnemers, de samenleving, het milieu) en de gevaren van een bepaalde leefstijl.
Hoe kan jij dit bespreekbaar maken tijdens je rijlessen?
Dat leren wij jou tijdens de Basisopleiding RIS-instructeur 2.0. De Rijopleiding in Stappen (RIS) voor de leerling is een gestructureerde opleiding waarin zij in stappen leren autorijden. In de RIS is de verkeerstaak in 4 modules verdeeld. De modules zijn weer onderverdeeld in 46 scripts. Module 4 gaat over verantwoord gedrag. Aan het einde van module 4 toont de aankomende bestuurder o.a. aan dat:
• hij de wil heeft om risico’s zoveel mogelijk te beperken en hij weet om te gaan met negatieve (groeps-)invloeden. Hij heeft een goede zelfkennis en kan zijn eigen rijvaardigheid juist inschatten;
• hij zich verantwoordelijk voelt voor zijn passagiers en andere verkeersdeelnemers en is hij bekend met milieu-en mobiliteitsproblematiek. Daarbij toont hij:
– een correcte, alerte, milieu verantwoorde rijstijl
– defensief, aangepast en besluitvaardig gedrag
– verantwoordelijkheidsgevoel.
Wij kunnen dus als rijinstructeur een (klein) verschil maken, door al over dit onderwerp open te praten met onze leerling. De RIS-instructeur gebruikt tijdens zijn lessen regelmatig het zelfreflectieformulier van het CBR, welke ook in het RIS-werkboek van de leerling staat. Hiermee kan jij als rijinstructeur het gedrag van de leerling bespreken.
Rapport Roemer en het Nationaal leerplan
In het Rapport Roemer wordt gesproken over een modulaire opleiding en in het Nationaal Leerplan wordt hier ook overgesproken (vierfasenmodel). De veranderingen in de rijschoolbranche, die teweeg zijn gebracht door het Rapport Roemer gaan langzaam vorm krijgen in het Nationaal Leerplan.
De RIS is een modulaire opleiding en ben je dus na het volgen van de Basisopleiding RIS-instructeur 2.0 klaar voor de toekomst.
Wil je meer informatie over de Basisopleiding RIS-instructeur 2.0, neem dan contact met ons op. Informatie over de onderwerpen die behandeld worden in deze opleiding kan je vinden op https://wrmbijscholing.verkeersschooldevries.nl/wrm-67-basisopleiding-ris-instructeur-2-0/
